De pimpelmees is een mees vogel die in vrijwel heel Europa regelmatig voorkomt. Pimpelmezen zijn veel te zien in bossen, tuinen en struwelen. De pimpelmees is een slimme behendige vogel die graag afkomt op tuinen met opgehangen voedsel.
Kenmerken pimpelmees
Een volwassen pimpelmees is zo’n 11 tot 12 centimeter groot met een spanwijdte van 17-20 cm en een gewicht van 12-15 gram. Een pimpelmees is dus kleiner dan een koolmees.
De pimpelmees heeft een kenmerkend blauw petje, gele borst, smalle oogjes, zwartblauwe kin vlek en blauwachtige vleugels. Mannetjes zijn helderder van kleur dan vrouwtjes en jongen. Mannetjes hebben een helderblauwe baret, terwijl vrouwtjes een dofblauwe baret hebben. Vrouwtjes hebben ook een iets smallere halsband.
Levenswijze pimpelmees
Pimpelmezen leven vooral in bosrijke gebieden en tuinen met veel groen. De vogels zitten vooral tussen struikgewas, houtwallen en houtsingels. Ze voelen zich overal waar bomen staan thuis. Pimpelmezen hangen graag ondersteboven aan berkentwijgen, vogelvoer pakketten en mezenbollen te knabbelen. Het zijn geen schuwe vogels, maar toch iets schuwer dan koolmezen.
Pimpelmees voeren
Om de pimpelmees in de tuin te spotten is er voer nodig. Dit kan doormiddel van een vogelvoer pakket. In een vogelvoer pakket zit namelijk een variatie aan verschillende soorten voer voor verschillende soorten vogels. Naast een vogelvoer pakket kan er ook gekozen worden voor de mezenbol. Pimpelmezen zijn gek op de mezenbol en dit zal de pimpelmees zeker aantrekken mits er genoeg begroeiing en bomen in de omgeving te vinden zijn.
In de zomer hoeven de vogels niet geholpen te worden met vogelvoer pakketten en mezenbollen. In de zomer is er namelijk genoeg te vinden voor de pimpelmees. In de winter hebben ze zeker baat bij het vet uit de mezenbol. Er is dan ook een stuk minder voedsel te vinden en kunnen de hulp en het extra vet dan wel gebruiken om de koude winter temperaturen te overleven.
Als men de pimpelmees in de zomer gaat helpen voederen kunnen ze lui worden en niet meer instaat om hun eigen voer te vinden. Dit kan erg slecht zijn voor de pimpelmees in Nederland, voer de tuin vogels dus alleen als er niet veel te vinden is voor de vogels zelf.
